Uitgelicht

Depressie | Je huilt alsnog je ongehuilde tranen

Geschreven door Anja Jongkind, Greet Vonk

Een depressie is niet een aandoening die psychiaters koste wat kost met antidepressiva de kop moeten indrukken. Anja Jongkind en Greet Vonk zien depressie in hun tweede artikel op OverNu als een mogelijke deur naar PostTraumatische Groei, ontwikkeling en ontplooiing. Hun eerste artikel staat hier.

 

We gaan in dit artikel in op hoe een depressie of depressieve klachten uiteindelijk ook tot groei kan leiden. Voordat we dat doen, willen we benadrukken dat ellende zeer onwenselijk is en blijft en dat het zeer pittig is om mee om te gaan. Ellende blijft ellende.

Een depressie kan echter uiteindelijk ook iets positiefs opleveren en dan naderhand zelfs een cadeautje blijken te zijn. Een cadeautje dat is verpakt in prikkeldraad, maar desalniettemin een cadeautje. Het uitpakken van dat cadeau moet uiteraard zeer zorgvuldig en voorzichtig gebeuren en dat is en blijft een heftig proces. Door dit te benadrukken willen we voorkomen dat een dergelijk intens en vaak naar proces wordt geromantiseerd.

 

Hoe kun je PostTraumatische Groei realiseren?

Met andere woorden: hoe haal ik mijn cadeautje uit het prikkeldraad? Hoe kom ik ‘van klacht naar kracht’? En: hoe leer je behalve je gekende ook je ongekende mogelijkheden en kwaliteiten beter kennen en hanteren? Hierover is veel te zeggen. Het lukt niet om dit allemaal in één artikel te benoemen. We beperken ons daarom tot drie  onderdelen die al veel verschil kunnen maken in het herstelproces. Daarnaast kan het simpelweg weten van het feit dat er zoiets als PostTraumatische Groei bestaat al helpen. Dan kun je positief-kritisch naar jouw situatie kijken en alleen dat kan al helpen.

Die drie elementen zijn:

# Emoties verwerken. In de wetenschap heet dat emotional processing.

# Nadruk op de persoon en diens krachten in plaats van alleen op de problemen en klachten. In de wetenschap hebben we het dan over broaden-and-built of krachtgericht werken.[1]

# Vitaliteit en lichaamsgericht werken

 

Emoties moet je net zoals voedsel verteren

Zoals we hierboven al aangaven, zijn verlies, stress, langdurige belasting, life events en andere emotioneel ingrijpende gebeurtenissen belangrijke factoren in het ontstaan van een depressie.

 

Depressie | Je huilt alsnog je ongehuilde tranen
Als buien niet uitregenen, stapelen ze zich uiteindelijk op tot een depressie met lange tijd allerlei sombere wolken en steeds weer regen.  Aanvaard die wolken en onderga de regenbuien. Uiteindelijk verfrissen en verhelderen die regenbuien alles en lossen de sombere wolken zich op. Hoe eerder jij je overgeeft aan jouw sombere wolken en regenbuien, hoe sneller alles weer opklaart en de zon weer schijnt.  

 

Het is dus bijzonder belangrijk om alsnog met je ‘opgespaarde’ emoties aan de slag te gaan. Wij vergelijken het verteren van emoties vaak met het verteren van voedsel. Als je een boterham eet en je kauwt op die boterham, dan vermeng je het brood met je speeksel, begint het verwerkingsproces en dan slik je het door. Het komt in je maag en daar gaat het verteringsproces verder. Vervolgens zullen ook de rest van de spijsverteringsorganen hun werk doen.

De verwerking van emoties is hiermee te vergelijken. Als je een emotie tot je neemt – je hapt erin, je staat haar toe, je aanvaardt haar – dan ondergaat die emotie een vergelijkbaar proces. Als je emoties niet naar behoren verwerkt, heeft dat net zulke ingrijpende consequenties als het het niet goed verteren van voedsel. Als emoties ‘onverteerd’ blijven, kan dat resulteren in allerlei psychische problematiek en emotionele instabiliteit.

Negatieve emoties zou je kunnen vergelijken met voedsel dat jij niet lust of zelfs vies vindt. Het leven dient regelmatig iets op waar je absoluut geen zin in hebt. Alsof je, volledig tegen je zin, een vol bord met vies eten per sé leeg moet eten. Als je een bord met voedsel dat je niet wilt eten, omdat je ‘het niet lust’, voor je hebt staan en je weigert om dat leeg te eten, of sterker nog, je ontkent dat dat voedsel er staat, dan kun je dat desbetreffende voedsel niet goed verteren.

Een bord ‘vies eten’ kun je leeggooien. Echter, emoties zitten al in je lijf, dus weggooien is geen optie meer. Door die emoties wèl te erkennen en te aanvaarden, breng je een soort van ‘verteringsproces’ op gang, waardoor je je lichaam en psyche ‘verlost’ van de desbetreffende belasting van je totale systeem. Een mooi voorbeeld hiervan is Erik. Hij had 35 jaar last van depressieve gevoelens. Een samenvatting van zijn verhaal vind je aan het eind van dit artikel. In ons eerste boek PostTraumatische Groei – Sterker door ellende staat zijn volledige verhaal.

Dus erken en aanvaard eerlijk je emoties. Als je een emotie immers niet aanvaardt, dan wordt die emotie onhanteerbaar. Want als jij iets niet aanvaardt, dan is hét er zogenaamd niet. Iets wat er niet is, kun je ook niet herkennen of (uiteindelijk) leren hanteren. Zo gaat die emotie dan onherkend jou hanteren en sturen.

Je loopt dus het risico dat als je een emotie ontkent, verstopt of bagatelliseert, dat die emotie zich stiekem ‘verkleedt’ en op een ander moment, vaak op een voor jouzelf of voor een ander niet te volgen manier of om een onnavolgbare reden, weer naar buiten treedt. Als je weigert je emoties te consumeren, waardoor ze niet kúnnen verteren en je ze dus opkropt of ontkent, dan spaar je als het ware al die emoties op – en vroeg of laat willen die op de één of andere manier ‘naar buiten’.

Emoties slaan zich, als je ze niet verteert, ook op in je lijf en kunnen uiteindelijk allerlei fysieke en psychische klachten veroorzaken. Bessel van der Kolk schreef daar een goed boek over: The body keeps the score.  De Nederlandse vertaling heet Traumasporen.[2]

Als emoties niet worden verwerkt, dan ‘barst’ je er als het ware van en komen ze vaak allemaal tegelijkertijd ‘buitelend’ naar buiten. Vind er dan je weg nog maar eens in. Dit verschijnsel kennen we tegenwoordig onder verschillende benamingen, zoals bijvoorbeeld een ‘depressie’. Eigenlijk is dat niets anders, dan dat je ‘je niet gehuilde tranen’ alsnog in één keer gepresenteerd – en dus te verteren – krijgt. Enkele andere voorbeelden daarvan zijn burn-out, PTSS, angststoornis en dwangneurose.

Je krijgt al je niet-verteerde emoties dan dus tegelijkertijd op je bordje in een poging van je onderbewuste om die alsnog te gaan verteren. Maar het is dan eerst één grote chaos en je bent dan wel volkomen de regie kwijt. Wat is dan belangrijk om alsnog beetje bij beetje je emoties te gaan verteren?

Wees vooral eerlijk tegenover jezelf en probeer allereerst bepaalde ‘kleine’ emoties te leren hanteren. Kijk er gewoon dagelijks naar, wees nieuwsgierig en onderzoekend naar je eigen diepere gevoelsleven. Vraag je telkens af: wat voel ik eigenlijk werkelijk? Soms voel je dan veel emoties tegelijkertijd. Dat is verwarrend, zeker als ze eventueel ook nog tegenstrijdig lijken. Neem er de tijd voor. Hoe meer tijd je ervoor neemt, hoe minder tijd je uiteindelijk nodig hebt.

Met een beetje geduld, eventueel zelfs eerst met ‘gespeeld geduld’, pak je die emoties één voor één aan en kijk je hoe passend ze bij de situatie zijn. Misschien ontdek je dat er eigenlijk maar één emotie passend is. Misschien ontdek je dat ze allemaal onder één noemer vallen. Of misschien ontdek je dat ze allemaal door elkaar heen gebreid zitten. Dat kan ook. In dat geval zul je ze één voor één moeten loshalen om ze één voor één te verteren.

Misschien lukt het op een gegeven moment in een groepje van twee, drie of zelfs allemaal. Dat kan ook. Als je er veel tegelijk verteert, kan dat eerst een verwarrend beeld en gevoel geven, maar het resultaat is wel dat je je ervan bewust wordt dat je daadwerkelijk veel emoties tegelijk verteerd hebt. Je verliest dan je angst voor jezelf en je eigen heftige emoties. Je hebt ze nu eenmaal en kunt ze dus ook hanteren.

 

Van klacht naar kracht | Nadruk op de persoon

In de reguliere zorg ligt de nadruk vooral op symptomen, klachten en de algehele problematiek. Artsen hebben het tegenwoordig helaas te druk en kunnen zich vaak niet in hun patiënt verdiepen door gebrek aan tijd. Daardoor is het vaak onmogelijk om de benodigde aandacht te schenken – en dus kan de patiënt vaak niet echt met zijn klacht terecht. Deze gehaastheid verhindert de patiënt vaak ook om ‘het verhaal’ te vertellen. Daardoor krijgen de verschijnselen en symptomen alle aandacht en wordt de echte klacht vaak niet gehoord.

Los van dit gebrek aan tijd wordt er in het algemeen meestal te weinig in opgeleid om inderdaad adequaat te luisteren om dan een ‘oplossing’ te kunnen vinden. Bij de meeste opleidingen voor artsen en psychologen ligt de focus op diagnose, methodes om informatie te verkrijgen en het verminderen van symptomen.[3]

Eigenlijk zou ‘groei’ het uitgangspunt zou moeten zijn. Levenservaring en rijping leiden tot groei en groei resulteert in krachtontwikkeling en levenswijsheid. Groei is niet de vermindering van klachten, maar juist de ontwikkeling van krachten. Door groei na te streven, gaat herstel sneller. Door uit te gaan van herstel door groei in plaats van terug te willen naar het oude niveau, wordt iemand krachtiger. Onderzoek jezelf en wees nieuwsgierig naar jouzelf. Een gedachte kan bijvoorbeeld zijn: Oké, als dat mijn dieptes zijn, wat ligt erachter? En wat is er dan nog meer?

Pak de kwaliteiten van een kind terug. Het onderzoekende van een kind zorgt ervoor dat de wereld groter wordt. Daardoor verwerf je meer zelfkennis, waardoor je jezelf met al je capaciteiten en beperkingen beter kunt hanteren.

Als je klachten hebt, neem die dan serieus. Daar is iets mee! Het is vooral belangrijk om te onderzoeken wat er werkelijk onder de klachten ligt. Als je bijvoorbeeld pijn in je been hebt doordat er een bot gebroken is, is het duidelijk wat de oorzaak is. Als de klachten meer van psychische of psychisch/emotionele aard zijn, wordt het ingewikkelder. Dan moet je verder zoeken naar waar het ‘gebroken been’ zit in die klachten. Dus verdiep je erin met aandacht en belangstelling. Onderzoek waar de schade en de pijn liggen en welke mogelijkheden van jou er te veel of te weinig gebruikt zijn. Als de klachten op die manier onderzocht worden, ontdek je ook de kracht van die persoon. Ieder mens heeft een scala aan al dan niet alreeds (h)erkende mogelijkheden in zich – capaciteiten, talenten en bijbehorende valkuilen.

 

Vitaliteit en lichaamswerk

Goed voor je lichaam zorgen is altijd belangrijk. Maar als je in zwaar weer zit, is het zo mogelijk nog belangrijker, meer dan je wellicht in de gaten hebt. Ellende doet een aanslag op je lichaam en daardoor krijgen mensen die te maken hebben met ellende vaak ook fysieke klachten.
Er is veel te zeggen over goed voor je lichaam zorgen, te veel om allemaal te benoemen in dit artikel. Alleen daarover kun je al vele boeken vullen. We willen echter het belang hiervan benadrukken.

Vaak is er bij de begeleiding alleen sprake van gesprekken en/of medicatie. Onze ervaring leert dat interventies op meerdere niveaus (mentaal, fysiek, emotioneel) bijdragen aan een sneller en duurzamer resultaat. Wij hanteren daarom een integrale, multidisciplinaire werkwijze waarbij we op meerdere manieren mensen (laten) begeleiden.

 

Een voorbeeld

Een goed voorbeeld is Erik. Toen hij bij ons in coaching kwam, gaf hij aan dat hij eigenlijk al 35 jaar depressief door het leven ging – 35 jaar… Bij een ontwikkelassessment wat wij met hem deden, bleek dat hij veel in huis had, maar dat hij zichzelf nauwelijks kon herkennen of waarderen. In de gesprekken bleek dat Erik was opgegroeid in een liefdeloze thuissituatie. Zijn moeder worstelde al haar hele leven met depressies en zijn vader had zijn handen vol aan het verdienen van de kost. En als hij thuis was, had zijn vader zijn handen vol aan Eriks moeder. Erik werd eigenlijk zijn hele leven over het hoofd gezien.

Erik durfde door de coaching en mede door de positieve uitslagen van het assessment eindelijk de stap te zetten om zichzelf te onderzoeken en zijn eigen mening serieus te nemen, ook al kon hij nauwelijks geloven dat het echt altijd anders kan en vond hij het spannend om ermee aan de slag te gaan. Hij kwam er steeds meer achter dat hij wel een heel sterke persoon moest zijn! Hoe was het hem anders gelukt om te blijven functioneren terwijl hij zich al 35 jaar depressief voelde.

Steeds meer details over en herkenning van zijn eigen krachten en talenten kwamen naar voren en steeds vaker begon Erik die ook in het dagelijkse leven te herkennen, en daardoor te erkennen en hanteren. Daarnaast leerde hij zijn pijnlijke emoties te verteren, die voorheen stagneerden. Hierbij hielp de kennis die hij in de sessies verwierf over wat hij allemaal gemist had. Zo klom hij verrassend snel uit de put.

Uit het voorbeeld hierboven blijkt dat het belangrijk is om te onderzoeken ‘wat oorzaak en wat gevolg’ is. Niet om te kunnen wijzen, maar om te weten waar je ongeveer graven moet. En vooral om te weten te komen wat je kunt verbeteren, waardoor ontplooiing alsnog kan plaatsvinden.

 

[1] Korthagen FAJ, Nuijten E. Krachtgericht coachen is meer dan alleen kracht aanspreken. Coachlink Magazine 2024;(4)14-7.

[2] Van der Kolk B. (2016). Traumasporen. Eeserveen: Uitgeverij Mens!

[3] Tedeschi RG, Shakespeare-Finch J, Taku K & Calhoun LG. (2018). Posttraumatic Growth, Theory, Research, and Applications. New York en Londen: Routledge, p. 142.

 

Over de auteur

Anja Jongkind

Anja Jongkind werkt sinds 2013 samen met Greet Vonk binnen Et Emergo. Net als Vonk is Jongkind gespecialiseerd in PostTraumatische Groei. Jongkind is 11 jaar directeur geweest van een ggz/gz-erkende zorginstelling. Ze heeft meer dan 45 jaar ervaring als therapeut en coach.

Over de auteur

Greet Vonk

Greet Vonk werkt sinds 2013 samen met Anja Jongkind binnen Et Emergo. Net als Jongkind is Vonk gespecialiseerd in PostTraumatische Groei. Vonk heeft 20 jaar ervaring als manager en directeur in de zakelijke dienstverlening en zorg. Sinds 2006 werkt zij als coach. Ze is specialist in ontwikkel-assessments. Vonk leerde aan het begin van deze eeuw ‘het vak’ PTG-coaching van Jongkind en deed wetenschappelijk onderzoek naar PTG.